Gisteren was het de 'bevrijdingsdag' van Leeuwarden. Canadese soldaten kwamen via de Groningerstraatweg de stad in. Duitse bezetters hadden toen al het spreekwoordelijke hazepad genomen.
Een kleine 350 kilometer verderop waren de Britse geallieerden in Bergen-Belsen. Deze militairen bevrijdden dit concentratiekamp. Het kamp Bergen-Belsen werd na de bevrijding met de grond gelijkgemaakt en afgebrand, vanwege het zeer hoge risico van besmetting met tyfus en luizen.
Een van die overlevenden was Ischa Meijer en zijn ouders Jaap en Lize Meijer - Voet. Hoewel? Eigenlijk net niet, want de Meijers waren een paar dagen eerder met een transport uit het kamp vertrokken, met Theresienstadt als bestemming. Daar zijn ze nooit aangekomen.
Ook schrijver Abel Herzberg en psychiater Louis Tas zaten in dit verloren transport.
Maar niet Anne en Margot Frank. De zusjes overleden een paar weken voordat de Britten kwamen, in de veronderstelling dat de andere Achterhuis-onderduikers waren vergast. Wat zou er gebeurd zijn als ze wisten dat vader Otto nog leefde? Weliswaar in de ziekenbarak van Auschwitz, met de dood voor ogen, maar wel al in januari '45 bevrijd door de Russen?
Bevrijding, oorlog, de verhalen van vrijheid en kampen kunnen niet zonder elkaar. Ook niet na 80 jaar. Opdat we niet vergeten.